De camper hebben wij via het WTC (World Ticket Centre, ons boekingsbureau) gehuurd bij verhuurbedrijf Maui. Maar ook bij Britz en Kea zijn campers te huur en kwamen we er onderweg veel van tegen.
Er zijn een aantal campingpark-ketens die parken verspreid over heel Nieuw-Zeeland hebben. Ons werd, toen we in Christchurch aankwamen, het Top10 Holidaypark aangeraden. Wij dus daar naar toe, geen idee hebbend van wat we daarvan moesten verwachten. Toen we bij de balie melden dat we er een nachtje wilden staan vroeg de aardige dame of we een kortingspas wilden hebben, zodat we bij elk bezoek aan een Holiday-vakantiepark 10% korting krijgen. Omdat ik dit principe kende uit Australië van de VIP-pas, hebben we dit gedaan. En geen spijt gehad. De Top10 vakantieparken zijn vrijwel allemaal uitstekend uitgerust met nette douches/toiletten, tv kamer, keuken, soms internet, kinderspeelplaatsen en soms zelfs een verwarmd zwembad! Als je verwacht veel in de outback te kamperen is zo’n pas niet echt nodig. De pas kost NZ$ 20,- en scheelt dus per verblijf 4 à 5 NZ$.
Op de caravanparken
– Een campervan sta-plaats houd in, dat je een stukje grond krijgt toegewezen (en als het niet druk is dat je zelf een plaats mag zoeken). Hierop ga je met de camper staan en sluit je de electra-kabel aan op netstroom. (dit is bij de prijs inbegrepen) Let er op dat je de stekker bij het wegrijden niet vergeet weer op te rollen!
– de douchekraankop is met een hendel: of een mengkraan of een hendel die al draaiend van koud, lauw, warm naar heet gaat.
– de toiletrollen worden meestal op een bepaalde manier geblokkeerd: of met een stuk hout of met een veer, zodat je niet meer dan 2 vel kunt afscheuren per keer
– Omdat de faciliteiten op de camper-parken erg goed zijn, hebben wij geen gebruik van de camper-douche gemaakt. Meestal zijn de douches op de parken gratis en soms met een munt (20 ct.)
– Op de parken zijn altijd goede voorzieningen om het grijswater (douche & gebruikt kraanwater) en het chemische toilet te legen. Let op: soms moet dit in verschillende goten worden geleegd!
Rij-regels
Omdat je aan de linker kant van de weg rijdt, ben je de eerste week vooral bezig met het wennen hieraan. Over de snelweg valt het allemaal wel mee, in de stad is het alweer wat ingewikkelder. Het maken van linkerbochten gaat goed (korte bocht). Rechterbochten zijn al wat lastiger (je moet oversteken en dan rechts). In Nieuw-Zeeland zijn er voornamelijk (tussen de steden) 2-baans wegen. Vaak zijn er inhaalstroken. Let op, zorg ervoor dat je dan uiterst links blijft rijden, dan kan het snel-verkeer je rechts inhalen.
Camper bestuurders geven elkaar een vriendelijk wijsvinger-signaal als ze elkaar tegenkomen op de weg. De maximum snelheid is net als in Nederland 120 km/u. In de bergen zijn veel advies-snelheid borden. Zeer handig voor campers; sneller gaan voelt niet prettig aan, en zeker niet op de achterbank!
Prijzen
NZ$10 – 15 per persoon per nacht met een campervan. Het zuidereiland is goedkoper! In steden is het over het algemeen duurder. Er is geen verbod op wild-camperen, maar er zijn al wel diverse plekken waar het niet mag. Wat voor zich spreekt is dat je geen rommel achter mag laten.
Overtocht
De overtocht van het Zuider- naar het Noordereiland kostte voor de camper met 3 personen: € 170,-